17 maart 2023

Een klein administratief foutje

ECLI:NL:RBDHA:2023:3370
Rechtbank Den Haag
Gemachtigde eiser: mr. B. de Jong (Adviesbureau Skandara)
Rechter: mr. J.R.K.A.M. Waasdorp bijgestaan door mr. K.Z. Zeeman

Geen vonnis over een stockfoto, maar een vonnis over een verkeersboete. Het laat net als bij WOZ- en inbreukkwesties zien hoe er geld verdiend wordt met procederen over futiliteiten.

"De beroepsgrond over de feitcode slaagt wel. Met partijen is de kantonrechter van oordeel dat het in dit geval gaat om een gedragsregel binnen de bebouwde kom zonder verkeersbord A1. Daar hoort feitcode VA016 bij en niet VB016. (...) De verkeersboete blijft dus in stand."

"Uit (...) vaste jurisprudentie van het gerechtshof-Arnhem-Leeuwarden volgt dat de officier van justitie in geval van wijziging van de feitcode de proceskosten moet vergoeden. (...) Voor de fase van administratief beroep zou het om € 447,75 gaan en voor de kantonfase om € 837,–. In totaal zou de officier van justitie dus € 1.284,75 aan proceskosten moeten vergoeden."

"De kantonrechter gaat ervan uit dat de gemachtigde hoger beroep zal instellen om alsnog een volledige proceskostenvergoeding te verkrijgen."


Het eerste wat ik dacht was, de kantonrechter heeft het hier mis. Bij hoger beroep is een advocaat verplicht en er geldt een appelgrens van €1.750,-, proceskosten niet meegerekend.

Doch even googelen bracht mij hier.

Wat een stompzinnigheid van de wetgever. Zit daar nou echt niemand die voorziet dat gerechtshoven hierdoor belast worden met neuzelzaken waarbij standaardverweren gevoerd worden? Dat dit prikkelt om verder te proceduren? Zonder enig risico voor betrokkene, die bij de kantonrechter eveneens al geen griffiekosten hoefde te betalen.

Dit is al jarenlang aan de gang. Ons rechtssysteem kost klauwen vol met geld, is overbelast en ernstigere zaken blijven liggen.


Rechtbank Den Haag 17 maart 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:3370
De kantonrechter kan aan de samenleving niet uitleggen dat de gemachtigde bijna €1.300,- aan proceskosten ontvangt, terwijl zijn inspanningen in de zaak gering zijn.

Ook dit hoger beroep over een reiskostenvergoeding van €100,- had voorkomen kunnen worden met een appelgrens.